Geschiedenis van Den Haag in vogelvlucht

De ‘Beschryving van ’S GRAVEN-HAGE’ (Jacob de Riemer, 1730) is nog steeds populair, zij het vooral vanwege de fraaie uitvouwprenten die in groten getale uit de boeken zijn gesloopt om afzonderlijk te worden verhandeld. In 1973 verscheen een gave en volledige facsimile heruitgave.

Dr. Hendrik Enno van Gelder, directeur van het Gemeentemuseum en oud-archivaris, schreef in 1937 ‘’S-GRAVENHAGE in zeven eeuwen’: een monumentaal werk, maar inhoudelijk natuurlijk gedateerd. Bovendien nodigen de slechte papierkwaliteit en de naar huidige maatstaven sobere illustraties niet uit het boek ter hand te nemen.

In 2004/2005 verscheen het 3-delige ‘DEN HAAG – geschiedenis van de stad’, tezamen zo’n 1100 bladzijden. Goed en gedegen werk van vele auteurs en nog steeds relevant, maar voor velen waarschijnlijk ontmoedigend van omvang.
Zeer uitnodigend daarentegen is ‘het DEN HAAG boek’ (Maarten van Doorn en Kees Stal, 2016). Elk van de 416 bladzijden belicht een stukje geschiedenis d.m.v. een afbeelding met toelichting over een persoon, gebouw, gebeurtenis of voorwerp.

Het nieuwe boek schildert de Haagse geschiedenis, zoals de titel zegt, in vogelvlucht, hetgeen zeker niet betekent vluchtig en evenmin aan de hand van luchtfoto’s. Het beschrijft enerzijds het dagelijks leven van de Hagenaars: sociale zorg, kerkelijk leven, ruimtelijke ontwikkeling en verkeer, toerisme en economie, de wereldoorlogen etc. Aan de andere kant wordt duidelijk wat karakteristiek is voor Den Haag. Dat is allereerst de geologische voorgeschiedenis, die verantwoordelijk is voor het rechthoekige stratenpatroon en voor het onderscheid tussen zand en veen. Op de evenwijdig aan de kust lopende zandwallen zijn de hoofdverkeerswegen aangelegd, op de strandvlakten zijn de dure wijken en de buitenplaatsen gebouwd, en op de veengebieden verrees de volkswoningbouw. Daarnaast is kenmerkend hoezeer de historie van de stad is verweven met die van het gewestelijk en nationaal bestuur. Den Haag dankt z’n ontstaan en een groot deel van z’n groei en bloei aan de graven van Holland en de stadhouders van de Republiek der 7 Verenigde Nederlanden, getuige de lommerrijke lanen en de weelderige stadspaleizen in de omgeving van het Binnenhof. Overigens is die afhankelijkheid van het openbaar bestuur flink verminderd door de onstuimige industrialisatie in de tweede helft van de 19e eeuw, destijds de grootste werkgever.

De auteurs zijn blijkens de compacte, informatieve tekst goed thuis in de materie. Het boek is toegankelijk en goed leesbaar geschreven voor een breed publiek. De uitbundige hoeveelheid mooie illustraties maakt het boek tevens tot ‘een sieraad voor de salontafel’, het nodigt uit tot bladeren en (voor)lezen. Het royale formaat, de harde kaft en de drukkwaliteit completeren het geheel.
De Vrienden van Den Haag zijn geen historische vereniging , maar de door ons hooggeprezen kwaliteiten zijn wel door de geschiedenis overgeleverd. De bestaande kwaliteiten en identiteit zijn niet voor eeuwig in beton gegoten, maar het helpt enorm als bewuste Hagenaars weten waarom de stad zich juist zó heeft ontwikkeld en wat daar specifiek Haags aan is.

Geschiedenis van Den Haag in vogelvlucht, Michiel van der Mast, Robert van Lit, Chris Nigten, uitg. Bekking & Blitz 2016, 192 blz., ISBN 978 90 6109 4920, € 29,90 .Ook een Engelstalige editie leverbaar ‘A Short History of The Hague’.
 

Geschiedenis van Den Haag in vogelvlucht